Kerst, u kent dat wel, die vrolijke gezellige tijd vol met lichtjes, de warmte in huis en een gevoel alsof je van de hele wereld houdt.
Nou kan ik u vertellen dat dat laatste weer heel snel wordt rechtgezet door onze o zo aardige en behulpzame medemens.
Inkopen doen is sowieso al een crime, maar met kerst lijkt het wel alsof het merendeel van de vrouwelijke bevolking in te kleine of te grote boodschappenautootjes nog voor de wereldondergang hun boodschappen binnen moeten zien te krijgen.
Charmant zijn vrouwen achter het stuur al lang niet meer. De heer in het verkeer blijkt steeds vaker toch een echte man te zijn.
Als ware bezetenen jagen ze hun autootje door smalle straatjes, drukken door en nemen geen rücksicht op wie dan ook. Van stress vertrokken koppies staren je net boven de stuurrand aan alsof je ze net van hun meest begeerde speelgoed hebt berooft, als je het lef hebt je voorrang op te eisen.
Ja zelfs in de buurt van scholen gedragen ze zich als ware aso's en scheuren met een blinde blik over verkeersdrempels waar je maar 30 mag.
Eenmaal op de parkeerplaats aangekomen duwen ze hun blikkies op de meest krankjoremme manier in te smalle vakjes en smijten de deur open zonder ook maar acht te slaan op de deuken en krassen die ze achterlaten in de auto van de ongelukkige buurman.
Snel wordt een karretje geratst uit de rij en hup op naar het eerste gangpad van de super.
Alsof de hele winkel leeg is duwen en trekken ze de piepende wagentjes door de paden, op zoek naar de koopwaar. Haastig en gejaagd, om dan plotseling volledig het pad te blokkeren op de plaats waar ze het schap en de inhoud bestuderen. Op een gemak en met een arrogantie ten opzichte van de winkelende medemens die aandringt om het pad vrij te maken, die zijn weerga niet kent.
Heeft het blokkerende subject een bekende getroffen en een praatje aangegaan, vergeet het dan maar, je kunt net zo goed ter plaatse dood neervallen voor men van plan is om ook maar een millimeter opzij te gaan.
Eenmaal door de paden en het inkooplijstje heen, vormt men lange rijen voor de kassa met een strakgetrokken bekkie en een chagrijn, die er van kilometers vanaf te lezen is.
Even aanduwen als het niet opschiet is ook niet ongewoon, sta je daar en voel je opeens een scherpe pijn door je hielen als men achteloos het karretje nog meer eens een zet richting kassa geeft. Soms jeuken mijn handen, maar een venijnige blik achterom en een goed gerichte grauw doen wonderen, soms.
Mij ontsnapt een diepe zucht als ik eindelijk weer veilig in mijn auto zit en op weg kan naar huis. Eindelijk voorbij aan de horde inkopers van het vrouwelijk geslacht.
De ellende om van een parkeerplaats af te komen en de nu slenterende vrouwen op weg naar hun blikkie, zal ik u maar besparen, u snapt het wel.
Kerst een hele fijne, en denk eens aan uw medemens, daar is het kerst voor, niet om overhoop gereden te worden in de jacht op meer en nog meer.